Doornik

Plaats van herinnering: Doornik

Doornik: plaats van onderhandelingen

De oude bisschopsstad Doornik (Tournai) ligt aan de Schelde in de provincie Henegouwen in het Picardische gedeelte van Wallonië. De stad ligt dus in het Franstalige deel van België. In Doornik vonden in 1322 de onderhandelingen plaats die leidden tot de Vrede van Parijs van 1323. De bisschopsstad lag in het Franse Koninkrijk, aan de Schelde, op de grens tussen het grondgebied van de Vlaamse graaf en de graaf van Henegouwen, de twee strijdende partijen. De onderhandelingen vonden wellicht plaats in het bisschoppelijk paleis.

Doornik lag als Franse stad ook aan de grens van het Heilige Roomse Rijk, het Duitse keizerrijk. Terwijl het graafschap Vlaanderen tot het Franse koninkrijk behoorde, lag Henegouwen in het Duitse rijk. Tijdens de onderhandelingen in Doornik bemiddelde de Franse koning tussen graaf Lodewijk I van Vlaanderen en graaf Willem III van Henegouwen, die ook graaf was van Holland, en vanaf 1323 ook van Zeeland. In het Scheldegebied kwam een groot aantal bisdommen samen: Kamerrijk (Cambrai), Atrecht (Arras), Terwaan (Thérouanne) en Doornik vanuit het zuiden, en Utrecht vanuit het Noorden (de Zeeuwse eilanden en de Vier Ambachten behoorden tot Utrecht). Het bisdom Doornik strekte zich uit tot het land van Waas, Gent, Brugge, Sluis en Rijsel (Lille).

Honderd klokkentorens en vierhond klokken

De prachtige stad Doornik met zijn romeinse resten en vele middeleeuwse kerken ligt op 100 kilometer van de Nederlandse grens. Het wordt de stad met honderd klokkentorens en vierhonderd klokken genoemd. Doornik is met Tongeren een van de oudste steden van België. De stad kende een eerste bloeiperiode in de eerste en tweede eeuw na Christus. De Schelde loopt dwars door de oude binnenstad, met kaaien met namen die vol verwijzingen zitten naar de oude ambachten en industrieën van de stad: Quai des Salines (zoutziederijen), Quai Taille-Pierres (Steenhouwers), Quai du Marché au Poisson (vismarkt), Quai Poissonceaux (kleine vissen). Ook is de stad de geboorteplaats van Clovis, de eerste koning der Franken die alle Frankische stammen verenigde en waaruit het latere Frankrijk ontstond.

De Onze-Lieve-Vrouwekerk

In Doornik staat een van de oudste kathedralen van de Nederlanden, de Onze-Lieve-Vrouwekerk, door Unesco erkent als werelderfgoed. De kathedraal staat enigszins verscholen in de straten, maar sta je voor het gebouw, dan is de aanblik majestueus. Het driebeukige romaanse schip werd gebouwd in de eerste helft van de twaalfde eeuw, het transept heeft vijf zeer in het oog springende torens. Van verre zijn die vijf torens ook al te zien. De kathedraal heeft een lengte van maar liefst 134 meter, is 66 meter breed, en is daarmee een van de langste van België. Het enorme gotische koor van de kerk uit de dertiende eeuw is gebouwd van Doornikse steen, een zwartblauwe, gelaagde kalksteensoort die door verwering grijs wordt. Het koor werd karakteristiek voor de Scheldegotiek.

Binnenin de kerk is er een zee van ruimte. Opgravingen laten resten uit de Romeinse tijd zien en de kerk pronkt met beelden en schilderijen, onder andere het meesterwerk van de beroemde Antwerpse schilder Pieter Paul Rubens, de Bevrijding van de Geesten uit het Vagevuur uit 1635. Een prachtig doksaal uit 1573, ontworpen door de Antwerpse kunstenaar Cornelis Floris de Vriendt, scheidt het romaanse schip van het gotische koor. De schatkamer van de kathedraal telt vijf zalen vol kunstschatten, met het oudste wandtapijt van Europa de zogenaamde ‘tapisserie d’Arras’, de originele kazuifel van aartsbisschop Thomas Becket, en een reliekschrijn uit 1205, die bekend staat als een van de zeven ‘wonderen van België’.

Doornik telt vele kerken. Aan de Grote Markt staat bijvoorbeeld de Sint-Kwintenskerk (Eglise Saint Quentin). De oudste, romaanse delen van de kerk stammen uit de twaalfde eeuw. De bouw van de gotische koorkomgang met drie kapellen werd rond 1470 gefinancierd door de schatrijke koopman en tapijtwever Pasquier Grenier. Na zijn dood in 1493 werd een monument opgericht in zijn grafkapel in de Sint-Kwintenskerk. Een aan hem toegeschreven tapijt, De Volwassenheid van Alexander de Grote, bevindt zich in de Villa del Principe te Genua. Doornik vormde samen met Parijs en Atrecht de oorsprong van de tapijtweverij in het middeleeuwse Europa, later werd hun leidende rol overgenomen door andere in of om de Schelderegio liggende steden zoals Brussel, Mechelen, Antwerpen, Leuven en Rijsel. Het tapijtmuseum TAMAT vertelt het verhaal van de oude, beroemde tapijtenindustrie in de oude Scheldestad Doornik.

Vorige
Vorige

Lille

Volgende
Volgende

Kortrijk